De toenemende vergrijzing vraagt om nieuwe woonvormen, die aansluiten op de wensen van de komende generatie ouderen. Bejaardentehuis is een vies woord geworden, en niet zonder reden. De huidige generatie ouderen woont in service-/ verzorgingsflats of tehuizen. De doelgroep van 50-plussers heeft een afkeer van dit soort complexen en stelt hogere eisen aan woning, omgeving en faciliteiten.
Inspelend op deze ontwikkeling wordt het voormalig schoolgebouw uit 1910 getransformeerd tot een woon- en leefomgeving, gericht op sociale interactie, veiligheid en rust in een binnenstedelijke omgeving. Door een diversiteit aan voorzieningen ontstaat een wooncomplex waar men kan blijven wonen, ook wanneer (lichte) verzorging gewenst is. Uitgangspunt voor het ontwerp is het creëeren van een luxe woongebouw met de gemakken en faciliteiten van een zorgcomplex. Het ontwerp combineert een diversiteit aan voorzieningen en woningtypen en voegt deze samen in één heldere structuur. De grotere variatie in woonvormen wordt voornamelijk gezocht in de implementatie van een dorpsstructuur aan de rand van de Haagse binnenstedelijke bebouwing.
De essentie van de opgave is niet zozeer het zoeken naar een nieuwe woningindeling binnen het bestaande gebouw. De oplossing daarentegen ligt in het creëeren van een totaalpakket van wonen, infrastructuur, buitenruimten en voorzieningen en is toegespitst op [de] samenleving. Een aansluiting met de omgeving wordt gerealiseerd door de dienstbaarheid van de toegevoegde voorzieningen. Deze zijn toegespitst op de bewoners en door de strategische positie binnen de schil zijn ze eveneens een toevoeging voor de wijk, waarmee het gebouw bijdraagt aan een duurzame stad.
Het hoofdgebouw uit 1910 wordt van buiten gerenoveerd en van binnen volledig leeggesloopt, om vervolgens optimaal ingedeeld te kunnen worden met woningen. Van de uitbreiding uit 1989–1990 wordt het achterste gedeelte gestript om – evenals het hoofdgebouw – volledig ingedeeld te worden als woningen. Het ronde gedeelte op de hoek langs de Raamweg wordt gesloopt om ruimte te maken voor een groter bouwvolume met voorzieningen. De bunker wordt behouden en zal dienen als toegang tot een deel van de nieuwe voorzieningen.
De toegevoegde voorzieningen zorgen ervoor dat binnen het wooncomplex een wisselwerking ontstaat tussen de bewoners onderling, evenals tussen de bewoners (gebouw) en bezoekers (stad). De voorzieningen dienen stad, wijk en bewoners. Daarbij is een aantal ondersteunende functies toegevoegd speciaal voor oudere bewoners. Parkeren wordt opgelost door binnen de structuur een
parkeersysteem op te nemen, een compacte manier van autoberging. Dit systeem is gekoppeld aan de horizontale ontsluiting voor maximale toegankelijkheid.
Tussen de oude bebouwing en de nieuwe gevelstructuur worden horizontale ontsluiting, terrassen en tuinen toegevoegd. In analogie met de stad is de horizontale onsluiting de stoep en fungeert de tuin en/ of het terras als overgangszone tussen straat en woning. De nieuwe structuur creëert een bufferzone die de woningen afsluit van geluidsoverlast en uitlaatgassen buiten de woning houdt. Deze groene bufferzone tussen privé en openbaar – tussen woning en straat – is meer dan enkel een fysieke overgangszone, het is een ruimte binnen het gebouw en buiten de woning.
De nieuwe gevelstructuur brengt orde in de chaos door alle bouwvolumen met één element samen te voegen, met als doel een helder contrast tussen bestaande bebouwing en nieuwbouw, evenals het creeren van “tussen”-ruimten. De nieuwe structuur lost alle praktische, logistieke en programmatische problemen op en transformeert het oude schoolgebouw en de aanbouwen tot een veelzijdig wooncomplex met een diversiteit aan binnen- en buitenruimten. De toegevoegde gevelstructuur staat los van de bestaande bebouwing. Hierdoor ontstaan buitenruimten die fungeren als overgangszone tussen het woongebouw en de drukte op de Raamweg.
In Nederland staat meer dan 6 miljoen vierkante meter kantoorruimte leeg. Tegelijkertijd is er een toenemend tekort aan woningen. dit ontwerp lost deze twee problemen in één keer op door het voormalig europol kantoor te den haag te transformeren naar woningen.
De toenemende vergrijzing vraagt om nieuwe woonvormen, die aan-sluiten op de wensen van de komende generatie ouderen. Inspelend op deze ontwikkeling wordt het kantoorgebouw getransformeerd tot een woon- en leefomgeving, gericht op sociale interactie, veiligheid en rust in een binnenstedelijke omgeving.
Het ontwerp combineert een diversiteit aan voorzieningen en woningtypen en voegt deze samen in één heldere structuur. Een grote variatie in woonvormen wordt gezocht in de implementatie van een dorpsstructuur aan de rand van de Haagse binnenstedelijke bebouwing. De aansluiting op de omgeving wordt gerealiseerd door de dienstbaarheid van de toegevoegde voorzieningen.
De voorzieningen zorgen ervoor dat binnen het wooncomplex een wisselwerking ontstaat tussen bewoners onderling. Deze voor-zieningen dienen stad, wijk en bewoner. Tussen de bestaande bebouwing en de nieuwe gevelstructuur worden ontsluiting, terrassen en tuinen toegevoegd. analoog aan de opbouw van de stad is de horizontale onsluiting een stoep en fungeert de tuin en het terras als overgangszone tussen straat en woning. Deze groene bufferzone tussen privé en openbaar – tussen woning en straat – is meer dan enkel een fysieke overgangszone. De nieuwe gevelstructuur brengt orde door alle volumen samen te voegen, met als doel een helder contrast tussen bestaande bebouwing en nieuwbouw, evenals het creeren van “tussen”-ruimten. De nieuwe structuur lost alle praktische, logistieke en programmatische problemen op en transformeert het kantoorgebouw tot een veelzijdig wooncomplex met een diversiteit aan binnen- en buitenruimten.
Renovatie